Visueel Woordbeeld
Wat is eigenlijk een visueel woordbeeld en waar heb je het voor nodig?
Laten we eens kijken naar hoe een geoefende speller of lezer omgaat met een ‘spellingprobleem’.
Stel deze geoefende speller moet het woord ‘trein’ opschrijven en hij zou twijfelen tussen de e,i of i,j:
Wat zal hij dan doen? Hij schrijft beide woorden (in gedachten) op en ziet dan dat een van de twee er raar uitziet. Net zoals jij dat waarschijnlijk ziet bij een van de woorden hierboven.
Hoe komt het dat hij dat ziet?
Dat komt doordat hij in zijn hoofd als het ware een ‘plaatje’ heeft van het goede woord. Hij heeft een beeld van hoe dat woord eruit hoort te zien: een visueel woordbeeld.
Handig!
Hij hoeft dus bij het schrijven van het woord ‘trein’ zich alleen maar het visuele woordbeeld voor de geest te halen en hij kan het woord snel en foutloos schrijven. Hij heeft dus altijd een ‘spiekbriefje‘ bij zich!
En omdat hij beschikt over dat visuele woordbeeld, zal hij bovendien bij het lezen het woordje ‘trein’ in een oogopslag herkennen. Snel en moeiteloos.
Wat als je geen visueel woordbeeld hebt?
Hoe gaat een ongeoefende of zwakke lezer of schrijver om met ditzelfde probleem? Die beschikt (nog) niet over zo’n visueel woordbeeld. Hij weet van het woord alleen maar hoe het klinkt. Hij moet goed luisteren als hij het woord uitspreekt of hoort en vervolgens de klanken analyseren en besluiten met welke letters hij die klanken gaat weergeven op papier. De kans dat hij op ‘trein’ uitkomt is dan ongeveer net zo groot als de kans dat hij op ‘trijn’ uitkomt.
Niet vanzelf…
Veel kinderen ontwikkelen vanzelf visuele woordbeelden. Maar onze ervaring is dat kinderen die maar blijven worstelen met lezen en spelling niet vanzelf zo’n woordbeeld ontwikkelen. Zij blijven dan afhankelijk van de auditieve strategie die uitgaat van ‘ik schrijf wat ik hoor’, ook als het moeilijker wordt. Dat kost tijd en energie en het risico op fouten is groot.
Bovendien geeft de klank van een woord vaak onvoldoende informatie over de spelling. Want als je zou mogen schrijven wat je hoort, zijn al deze woorden goed: nigje, zach, leew, mooj, pieloot en boomen.
Zonder visueel woordbeeld (=spiekbriefje in je hoofd) is het onmogelijk om te onthouden hoe je al die woorden dan wel moet schrijven.
Sommige kinderen hebben bij het horen van het woord ‘trein’ een heel sterk visueel beeld, maar niet van het ‘woord’. Zij zien de ‘betekenis’. Dit dus:
En dat helpt ze helaas bij het schrijven niet verder!
Keuze-stress!
Kinderen die niet spontaan een visueel woordbeeld ontwikkelen ervaren langdurig (soms jaren!) veel keuze-stress als ze moeten schrijven, want trein – trijn is natuurlijk niet het enige probleem! Denk aan de keus tussen au-au of ch-g (kaggel klinkt ook goed!). Of bijvoorbeeld v / f. Voor veel kinderen is het ‘op het gehoor’ onduidelijk waarom we familie met een f schrijven en vakantie met een v. Bijna net zo lastig is de d/t keus in rand en kant.
En soms gebeurt er iets wat eigenlijk nog veel erger is: ze laten het koppie hangen, verliezen het vertrouwen in zichzelf en ze raken ervan overtuigd dat ze het NOOIT zullen leren.
Oplossing:
Kinderen kunnen leren om naast het visuele beeld van het voorwerp (?) en de klank van het woord (‘trein’) ook het visuele beeld van het woord op te slaan.
Ons brein heeft een auditief centrum, waar de informatie verwerkt wordt die via onze oren binnenkomt (groen op het plaatje). Er is ook een visueel centrum, daar leggen we beelden vast (geel op het plaatje).
Als een kind een woord voor het eerst moet schrijven of lezen, analyseert hij dat woord in het rode gebiedje. Na een paar keer zou het woord als visueel ‘plaatje’ moeten worden opgenomen in een visuele ‘woordbeeldbank’ in dat gele gebied. Analyseren is dan niet meer nodig, we herkennen het woord in milliseconden en we weten hoe we het moeten spellen. Deze laatste stap verloopt niet bij alle kinderen vanzelf.
Als je kind deze stap ook ontdekt, vermindert de keuze-stress snel. Lezen en spellen gaan met meer gemak. De aandacht kan weer gericht zijn op de inhoud van een tekst, in plaats van op het ontcijferen ervan. En bij het spellen komt een zin of een verhaal met minder moeite op papier, omdat ‘nadenken over spelling’ het schrijfproces niet meer blokkeert.
Het opbouwen en versterken van het visueel woordbeeld is een belangrijk onderdeel van de visuele pijler van ons spellinggebouw. Om echt vlot en foutloos te leren spellen, heeft je kind natuurlijk alle pijlers in het spellinggebouw nodig.
fleur
op 09 Nov 2019Margit
op 17 Dec 2019Camilla Van Horsen
op 09 Oct 2019Margit
op 17 Dec 2019Karin
op 01 Apr 2024Margit Kiewit
op 02 Apr 2024