Heel vaak verzuchten ouders:
Hij kent de regels wel, maar hij past ze niet toe.
Hoe komt dat, vraag je je misschien af.
We hebben ontdekt dat er een groot verschil is tussen:
Hij kent de regels
en
Hij begrijpt de regels.
Weet je nog hoeveel moeite het je vroeger kostte om ‘ingewikkelde’ regels te onthouden bij bijvoorbeeld grammatica of natuurkunde?
En hoe je die regels een week (of een dag!) na het proefwerk alweer vergeten was?
Tien tegen een dat je die regels niet ECHT begreep.
En als je nu zegt, “Ik vond het makkelijk en ik ken ze nu eigenlijk nog” dan is dat omdat je ze wel ECHT begreep.
Want wat je begrijpt – echt begrijpt – dat vergeet je nooit meer, omdat dat het onthouden van zulk soort dingen een heel ander beroep doet op ons geheugen, dan het onthouden van ‘stomme’ feiten.
Twee soorten geheugen
We hebben namelijk (minstens) twee soorten geheugen:
Eén voor wat we wat we beleven of meemaken (ons persoonlijk geheugen).
En één voor wat ons geleerd of verteld wordt (zeg maar het geheugen voor feiten).
Dat ‘persoonlijk’ geheugen is veel sterker dan het geheugen voor feiten, zeker als dat feiten zijn die ons alleen maar verteld zijn en die we ‘van buiten’ moeten leren. En als we dan ook de logica niet echte kunnen ontdekken, dan wordt het helemaal een onbegonnen zaak.
En zo zit het dus ook vaak met spellingsregels. “Ik heb ze al honderd keer uitgelegd,” zegt de juf dan, “maar hij past ze niet toe.”
Maar blijkbaar is de juf er niet in geslaagd je kind dat ene “Oh ja! Natuurlijk, zo begrijp ik het” te laten beleven. Zo’n echt “Ah, ha! moment”, zeg maar.
En daarom lijken de regels langs hem af te glijden. Omdat je niets kan met wat je niet echt begrijpt, zoals je ook op losse puzzelstukjes nog niet kunt zien hoe het uiteindelijke plaatje gaat worden
Ontdekkingsreis
Waar je kind het meest van leert, is van een ‘ontdekkingsreis’ door onze taal.
Neem dus, als je je kind wil helpen, woorden als beGRIJPEN, beVATTEN en iets IN DE VINGERS krijgen heel letterlijk :)).
Het is belangrijk dat je kind echt ervaart hoe dingen werken. Dat hij de kans krijgt dat door en door te begrijpen. En dat lukt het beste als hij het in een 1 op 1 situatie zelf mag uitproberen met tastbaar materiaal dat hij zelf kan kiezen, neerleggen en schuiven.
Als begeleider kun je naast je kind gaan zitten (niet er tegenover, zoals zo vaak in de schoolsituatie gebeurt) en door de juiste vragen te stellen kun je je kind sturen. Bovendien kunt je controleren of er geen denkstappen worden overgeslagen.
Door op deze manier zelf een aantal ‘wetmatigheden’ in onze taal te ontdekken en te ervaren, kan je kind op een niveau van begrip komen dat heel veel ‘spellingsregels’ van school overbodig maakt. De puzzelstukjes komen zo langzamerhand op hun plek en het plaatjes wordt helder.
Een leuke uitdaging!
Wil je weten hoe je je kind op deze manier kunt begeleiden? Neem dan contact met ons op! Je bent van harte uitgenodigd.
Mirjam
op 15 Mar 2016Margit en Jorien TaalKanjer
op 14 Apr 2016