Maak een eind aan de verwarring bij kinderen

Maak een eind aan de verwarring bij kinderen

Als kinderen naar groep 3 gaan, dan zijn ze vol verwachting: NU ga ik eindelijk leren lezen. Vaak weten ze al precies wat dat inhoudt: ze zijn veel voorgelezen, ze (her)kennen al een aantal woordjes en ze weten dat papa of mama dingen opschrijven, zoals bijvoorbeeld een boodschappenlijstje. Ze ervaren dus het nut en de lol ervan!

Maar…. soms valt leren lezen al meteen tegen! Dan gebeuren er op school dingen waar ze geen grip op krijgen.

Zo kennen wij Luc:

Luc leert op school dat de een ‘ah’ is. Maar zijn moeder heet Ella en hij ziet en hoort dus elke dag dat wat hij over de a leert niet klopt. In ieder geval niet bij hem thuis. Hij wordt daar heel boos en onzeker over.

En Chris:

Chris vindt het maar vreemd. Natuurlijk kan hij allang zijn naam schrijven als hij naar groep 3 gaat. Maar dan leert hij dat de ch klinkt als ‘g’. Maar hij heet toch geen ‘Gris’? Is zijn naam dan verkeerd geschreven? Moet dat niet Kris zijn?

Wat is hier aan de hand?

Om te kunnen lezen moet je leren wat de relatie is tussen een letter en een klank.

Hoe fijn zou het zijn als bij ieder letterteken één vaste klank hoort. Dan kan je bij het lezen die klanken achter elkaar uitspreken (hakken), zodat je het woord al min of meer zegt (het plakken). Bij schrijven kan het dan andersom: je zegt de klanken van het woord en koppelt er een letter aan en voilà: je woord staat op papier.

De aanpak van school is ingegeven door deze ‘wens’: We doen gewoon alsof dit daadwerkelijk zo is! We doen alsof je een letter en een klank naadloos over elkaar kunt plakken. We geven ze dus ook dezelfde naam.

Kinderen krijgen zo vanaf groep 2 de letters aangeboden met een naam die overeenkomt met de klank die bij die letter hoort in veel woorden die je ziet.

Medeklinkers krijgen een naam die past bij de klank die ze hebben aan het begin van een woord, zoals ‘duh’ in doos en ‘buh’ in bus.
Klinkers worden geschreven met één of twee “tekens”: met één voor een ‘korte’ klank, zoals in jas, pen, ik, sok, bus en met twee voor de ‘lange’ klank, zoals in maan, teen, roos, riem, vuur. De enkele a (lees ‘ah’) en de aa (lees ‘a’) worden als aparte ‘letters’ aangeboden.

Ook andere combinaties van letters worden als ‘letter’ benoemd. Zo leren kinderen vaste klinkercombinaties zoals de oe, de ui, de eu als aparte 'letter'.
Maar ook de sch, nk, en ng worden als letter benoemd (let op het enkelvoud!). De leerkracht heeft het over de 'ng', de 'sch', waarbij ze de klank uitspreekt die bij de lettercombinatie hoort.

Voor veel kinderen is hierdoor de hoeveelheid ‘letters’ overweldigend.

Toen mijn zoon in groep 3 zat, kwam hij regelmatig moedeloos thuis: “We hebben vandaag wéér een nieuwe letter geleerd… komt er dan geen einde aan?”. En zijn schoudertjes zakten nog weer wat verder naar beneden.

Ze krijgen vervolgens van september tot begin maart alleen maar woorden aangeboden waarin die relatie letter = klank ook echt zo lijkt te bestaan. Zo wordt de suggestie dat een letter en een klank naadloos op elkaar aansluiten (1 op 1) stevig verankerd.

Mijn kleinzoon van 2,5 begint nu te ontdekken dat ‘Oma’ niet altijd hetzelfde betekent. Soms is het zijn Oma in Poppel en soms zijn Oma in Goirle. (En omdat zowel zijn papa als zijn mama nog een eigen Oma hebben, zijn er dus eigenlijk 4 Oma’s.) Aan die verwarring maken we nu zo snel mogelijk een eind. Zodat hij,  als mama thuis zegt: “We gaan naar Oma” meteen weet WELKE Oma.

Niet waar!

Natuurlijk is helemaal niet waar dat bij iedere klank precies één letter hoort en bij iedere letter ook altijd dezelfde klank.

Dat weten kinderen… Want ze leren niet in een vacuüm! Ze zien niet alleen de woordjes in de lesmethode. Het eerste en belangrijkste dat ze meenemen naar school is hun eigen naam en daarnaast natuurlijk die van huisgenoten en vriendjes.

En er zijn nog veel meer momenten waarop kinderen in aanraking komen met letters. Ze kennen PSV, ze gaan naar de C&A, ze eten M&M’s. Ze halen allemaal hun A-diploma, maar dan zegt de juf dat die letter een ‘ah’ is.
Dus wat moet je daarmee als je net 6 bent (of misschien nog niet eens…)

“Ik heb toch geen ah-diploma gehaald?”

In de eerste maanden krijgen kinderen geen antwoord op dit soort vragen. De Luc’s van deze wereld moeten hun verwarring nog maar even inslikken.  De twijfel duurt dus voort. Niet zozeer twijfel aan wat de juf zegt, maar vooral twijfel aan zichzelf: Kan ik dit wel? Ben ik hier niet te dom voor?

En voor sommige kinderen kan dit betekenen dat ze al heel vroeg het bijltje erbij neergooien.

Hoe kan het anders?

Als eerste: Een klank is NIET hetzelfde als een letter.



En daar kan je alleen maar heel helder over zijn als je ze NIET met dezelfde naam aanduidt. Bij Taalkanjer maken we dus bewust een andere keus:

Als je over de klank praat, dan spreek je uit wat je hoort:

Vooraan het woord maan hoor ik ‘mmm’.

Vervolgens kan je vertellen welke letter je dan schrijft: de ‘em’ = m.

Letters duiden we dan aan met de naam die ze hebben in het alfabet. Zoals jij doet als jij via de telefoon je naam doorgeeft. Op die manier weet je zeker  dat degene aan de andere kant van de lijn de juiste letter opschrijft.
En voor letters waar mogelijk verwarring kan optreden, gebruik je zelfs nog meer informatie: de "m van Marie" en de "van Nico".

We maken onderscheid tussen een letter en de klank die er in een woord bij hoort en dan is er meteen ruimte voor de mogelijkheid dat er in een ander woord een andere klank bij hoort.

Voor Luc:

De laatste letter van Mama’s naam is een a (benoem deze letter zoals in het alfabet!). Hij klinkt dan zoals hij heet. In een ander woord kan de a ook klinken als ‘ah’. Bijvoorbeeld bij Jan. Hoe dat zit, dat gaan we snel ontdekken.

Voor Chris:

Die eerste twee letters van jouw naam, de c en de h (noem ze ‘cee’ en ‘ha’) die klinken in jouw naam samen als ‘kuh’. In een ander woord kunnen ze samen klinken als ‘ggg’, bijvoorbeeld in l-a-c-h. En zie je dat bij Chantal dezelfde letters staan? Daar klinken ze samen als ‘sj’.

Voor Ruud en Ewoud:

De laatste letter van jouw naam is een d (zeg ‘dee’). Als hij voor in een woord staat, dan klinkt hij als ‘duh’, maar achteraan een woord of een naam, dan klinkt hij als ‘tuh’. 

En als je gaat lezen:

In het woord boom hoor ik drie klanken: buh-oooo-mmm.
Maar ik zie vier letters: b-o-o-m (bee-o-o-em). De o-klank schrijf je in dit woord met twee letters, maar in heel veel andere woorden maar met één: bomen, boter, zo etc.

Dus:

Niet: doen alsof er  een 1-1 relatie is tussen klanken en letters.
Niet: de kinderen “voor de gek houden”, maar gewoon benoemen hoe het zit.
Niet: een koppeling aangeven die later niet houdbaar is. (bv dat voor de lange klank altijd twee tekens nodig zijn.)

Wel: klanken en letters hun eigen rol geven en heel helder zijn over het verschil. Zodat kinderen weten wat je van ze vraagt: kijken of luisteren.

Dit is een van de dingen die we heel erg benadrukken in onze aanpak. En wel helemaal in het begin, in de fundering.

Kost het in het begin iets meer tijd? Misschien wel. Maar doordat je niet iets in de aanbiedt dat niet waar is, loop je minder risico dat kinderen in verwarring afhaken.

En je leert ze niet iets wat ze later weer af moeten leren. Je legt geen koppelingen die niet in elke situatie waar zijn. Want… als jij een kind vertelt dat de a een ‘ah’ is, dan gaat hij nooit slapen met één schrijven, voor hij die onwaarheid heeft afgeleerd. En we weten allemaal: iets afleren is veel moeilijker dan iets aanleren.

Onze aanpak

Leren lezen en spellen kan je vergelijken met het bouwen van een gebouw.


Je begint met een fundering. Je giet beton - dat lijkt simpel. Maar als je het daarbij laat, dan heb je straks een gebouw waarin je niet kunt douchen. Je hebt dus in de fundering meer nodig: waterleiding, afvoer, stroom etc. Wat je niet wil is dat je daarvoor later weer moet breken! Doe het meteen goed :).

Zo is onze fundering ook veel breder en steviger dan alleen maar het idee klank = letter.

Op die fundering komen pijlers en vervolgens een dak. Meer hierover lees je bij Onze aanpak - een stevig spellinggebouw.

Maureen
Door

Maureen

op 11 May 2015

Dank je wel voor dit mooie artikel! Ik kan me die verwarring nog heel goed herinneren, en dat is toch echt al een hele tijd geleden ;-) Fijn dat er over nagedacht wordt en je een lans breekt om dit te veranderen.

Oktoberdots
Door

Oktoberdots

op 21 May 2015

Beste,Graag als u een foto van mijn producten gebruikt de bron vermelden. Op deze afbeeldingen staan copyright en deze mogen dan ook niet zomaar voor alles gebruikt worden zonder vermelding van de bron.Ik wil u dan ook vriendelijk verzoeken om de bron bij de foto te vermelden en bij het klikken op de afbeelding naar mijn webshop (www.oktoberdots-shop.nl) te linken of anders de foto te verwijderen.Alvast bedankt.Vriendelijke groetjes, Babet

Margit Kiewit
Door

Margit Kiewit

op 22 May 2015

Beste Babet, Je hebt helemaal gelijk. Ik heb direct een link naar je site onder de posters gezet. De posters zijn echt superleuk! Groetjes, Margit

Doors
Door

Doors

op 21 Oct 2017

Beste dames,Inderdaad wat lastig is het in groep 3! En wat maken leesmethodes het de kinderen moeilijk om goed te leren lezen......Misschien kennen jullie dit boek al, maar voor mij was het super interessant leesvoer. Het boek: Dwaalspoor dyslexie van de vlaming Eric Moonen. Zijn benadering gaat uit van het leren van klank naar schrift. Dan komt namelijk metéén aan de orde dat je bijvoorbeeld een klank als eu schrijft met twee tekens. En dat je de klank "t" soms met het teken t of d schrijft.

Margit en Jorien TaalKanjer
Door

Margit en Jorien TaalKanjer

op 21 Oct 2017

Beste Door, dank voor je reactie. Ik ken het book van Erik Moonen. Wat mijn heel erg aanspreekt in zijn betoog is dat hij ook kijkt naar het aanbod op scholen en niet de falende leerling 'per definitie' de verantwoordelijkheid voor het falen in de schoenen schuift, maar zoekt of er ander / beter aanbod mogelijk is. Ik ben het niet in alle opzichten eens mijn zijn aanpak, maar dat hoeft ook niet. Gelukkig zijn er meer wegen die naar Rome leiden. Bij hem is de motoriek heel belangrijk; bij Taalkanjer gaat het vooral om de logica: leer het kind waarom de letters zich gedragen zoals ze doen. Dus meer inzicht, meer informatie, meer duidelijkheid...Als je dat niet doet, dan is het niet alleen lastig in groep 3, maar nog heel veel jaren daarna....

Freke
Door

Freke

op 21 Oct 2017

Mooi artikel Margit!

Margit en Jorien TaalKanjer
Door

Margit en Jorien TaalKanjer

op 21 Oct 2017

Dank je wel, Freke!

Ira
Door

Ira

op 05 Nov 2017

Dus eigenlijk willen jullie weer terug naar vroeger? Was er geen reden (onderzoek) om kinderen op de fonetische manier te leren lezen. Het lijkt mij logisch dat leerkrachten erbij vertellen dat klanken en letters verschillen. Kinderen zijn zeker niet dom en vragen dit ook meteen! Maar juist door uit te leggen dat we eerst beginnen met de basis en langzaam steeds meer toevoegen is het leesproces voor kinderen te overzien. Wat u wil maakt het erg lastig voor beginnende lezers!

Margit en Jorien TaalKanjer
Door

Margit en Jorien TaalKanjer

op 06 Nov 2017

Beste Ira, Dank voor je reactie. Terug naar vroeger? Ik weet niet precies wat je daarmee bedoelt. Onderzoek dat de fonetische manier van lesgeven ondersteunt is er wel, maar er is ons geen onderzoek bekend dat deze manier van werken vergelijkt met andere manieren. Je moet dus noodgedwongen afgaan op wat je ziet gebeuren. We zien dat al meer dan 20 jaar het aantal kinderen met dyslexie toeneemt. Dat kan niet aan de kinderen liggen! Het ligt ook niet aan de klassengrootte. Dat dit geen enkele invloed heeft op de prestatie van kinderen is wel uitgebreid onderzocht. Wij denken dat het tijd is om de onderwijsmethode eens tegen het licht te houden: waar zien we kinderen mee worstelen en hoe kunnen we dat oplossen?Het lijkt ons ook logisch dat de juf het verschil uitlegt tussen een klank en een letter, maar helaas is het niet vanzelfsprekend. Ook VLL doet dat niet. Kijk maar naar het filmpje in deze blog, daarin wordt gesproken over ‘de letter ‘ng’. Natuurlijk is dat geen letter, het is een klank. Een klank die je schrijft met twee letters, namelijk de n en de g. VLL geeft ook aan dat het woordje boom drie letters heeft, terwijl het natuurlijk 3 klanken zijn en 4 letters!Kinderen stellen inderdaad altijd de goede vragen! Het is alleen belangrijk hoe daar op gereageerd wordt. Als Anita enthousiast vertelt dat ze weet dat de eerste letter van haar naam een A is (alfabetnaam) - wie weet heeft ze net haar A-diploma gehaald en de link gelegd - en de juf zegt dan: “Nee, Anita, dat is een ‘ah’”, dan laat ze dat meiske in verwarring achter. En dit voorval hebben we niet verzonnen, het is echt gebeurd. Waar we dus vooral voor pleiten is meer duidelijkheid. Maar er zijn nog veel meer redenen waarom je letters liever (of ook) een alfabetnaam wil geven.Natuurlijk is het belangrijk om bij de basis te beginnen. Wij kiezen alleen een andere basis.

Marielle
Door

Marielle

op 06 Nov 2017

Heel herkenbaar. Mijn zoon worstelt hier ook enorm mee. Bijkomende uitdaging is dat hij drietalig is dus het verschilt ook nog eens per taal. Maar we oefenen stug door. Voor nu lijkt hij woorden vooral als heel woord te onthouden. Hij leest bijvoorbeeld 'boom' moeiteloos maar moet dan bij 'boog' echt diep nadenken. Gelukkig vindt hij het wel erg leuk, en oefent hij zich suf met klanken omzetten naar letters. We komen er wel!

Margit en Jorien TaalKanjer
Door

Margit en Jorien TaalKanjer

op 06 Nov 2017

Beste Marielle, Dank voor je reactie. Als je ons even een berichtje stuurt via de mail (zie contact), dan gaan we even in op jouw persoonlijke situatie.

Toos
Door

Toos

op 05 Feb 2020

Medeklinkers krijgen een naam die verleden bij de klank die ze hebben aan het begin van een woord, zoals 'duh' in doos en 'buh' in bus. wat bedoel je met: die verleden?

Margit
Door

Margit

op 07 Feb 2020

Hallo Toos, Goede vraag ;-). We hebben het inmiddels aangepast.

Reactie plaatsen