Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet...
En het begint met een …….. “el”
Wie kent dit spelletje niet van vroeger! Alleen vroeger speelden we het met kleuren.
Eén speler geeft de opdracht en de andere spelers zoeken om zich heen naar voorwerpen waarvan de naam met de opgegeven letter begint (legoblokje, lucifer, lamp…). Wie het eerst het goede woord raadt, mag de volgende opdracht geven.
Als de opgegeven letter een klinker is, is de schrijfwijze bepalend en niet hoe de klinker klinkt. Want we gaan uit van letters (letternamen) en niet van klanken. Bij de ‘A’ mag er dus gezocht worden naar een woord waarin die a klinkt als ah.. zoals in appelflap. Maar het woord ‘aansteker’ past ook in het rijtje.
Het opgegeven woord + voorwerp moet natuurlijk ook wel echt te vinden zijn in de directe omgeving. Je kunt dit spel ook spelen met de plaatjes in een prentenboek.
Zoeken in je interne woordenboek
Kinderen leren de betekenis van woorden al vanaf voor hun eerste verjaardag. Daarbij kunnen ze de klanken onderscheiden, want anders zouden ze het verschil niet horen tussen taart en paard. Maar ze zijn zich van al die verschillende klanken niet bewust. Dat onderscheiden speelt zich af op de automatische piloot.
Om te kunnen leren lezen en spellen, moeten je kind zich wel bewust worden van alle klanken in een woord. Anders kan hij die klanken niet omzetten in letters. Dit spelletje is een eerst stap. Het vraagt je kind te luisteren naar een woord op een manier die hij niet ‘van nature’ kent. Want in een gewoon gesprek is het nooit belangrijk met welke klank een woord begint.
Je kind moet nu dus in zijn interne woordenboek gaan zoeken op beginletter en dat is nieuw, maar wel heel leuk en nuttig.
Klanken en letters
We hebben het er al vaker over gehad..
Klanken zijn niet hetzelfde als letters en daarom vinden wij het geen goed idee om letters een klanknaam te geven. (Geen buh dus, maar gewoon bee, zoals hij heet in het alfabet).
Maar..
Als je letters bij hun alfabetnaam noemt, moet je kind natuurlijk leren welke klanken er dan bij horen. Dus de relatie tussen wat je ziet (of schrijft) en wat je hoort, moet stevig worden.
Bij dit spel is de schrijfwijze het uitgangspunt. Het kan dus gebeuren dat je een v als ‘zoekletter’ opgeeft, en dat het bijbehorende woord een veter is, waar iedereen een f hoort en uitspreekt, ook al schrijven we het woord met een v. Bij de letter e kan dus een envelop horen en bij de o een onderzetter of ontbijtbordje. Natuurlijk pas je het niveau van je spel aan aan het niveau van je kind.
Voor je kind wordt duidelijk dat de relatie tussen een klank en een letter niet altijd hetzelfde is. Als je meer wilt weten over de relatie tussen klanken en letters, dan is dit artikel misschien interessant voor je: Hoe heet de a van jas.
Veel plezier!
En laat je ons hieronder weten hoe het spel bij jullie ging? Vinden wij heel leuk 🙂